Planning maken


Een dag van te voren of in de ochtend een planning te maken, kan helpen om de dag makkelijker door te komen. In een planning hoeven geen grote dingen te staan. In downloads vind je een invulschema waarin je een planning kunt maken en je kunt er een voorbeeld planning bekijken.


Het kan helpen om te zorgen dat bepaalde dingen in je planning elke dag terugkomen, zoals op dezelfde tijd elke dag bepaalde dingen doen. Als je veel thuis zit, kan een structuur opbouwen enorm helpen om goed de dagen door te komen. Klik hier om te lezen hoe je een dagstructuur kunt opbouwen.


Als je een planning maakt, is het zoeken naar een balans, want het is niet de bedoeling om je opgejaagd te voelen door je planning. Het is de kunst om je planning haalbaar en laagdrempelig te maken, met veel rust en ontspanning en met activiteiten die je echt (of mogelijk) leuk vindt om te doen.


Breng variatie aan in de activiteiten, door verschillende activiteiten af te wisselen en ook af en toe samen met iemand anders iets te doen. Aan een project(je) beginnen kan ook houvast geven. Dit kun je alleen doen of samen met iemand anders.


Aan een (mini) project kun je elke dag even werken. Voorbeelden zijn: een boek uitlezen, iets kunstzinnigs doen, of iets nieuws leren.


Hier vind je een lijst met activiteit ideeën voor als je veel thuis bent.


Als je het lastig vindt om tevreden te zijn op het einde van de dag, schrijf dan ‘s avonds in een schriftje welke kleine overwinning(en) je hebt bepaald. Dat kan alles zijn. Bijvoorbeeld: ik heb mijn planning uitgevoerd ook al voelde ik me heel slecht. Of: Ik heb voor het eerst weer in een boek gelezen.


Vergeet niet dat wat je ook doet op een dag, het door de dag heenkomen al genoeg is en iets is om heel trots op te zijn. Dat is dus ook een overwinning die je kunt noteren!


Omgaan met een 'goede dag'


Een ‘goede’ dag zou kunnen betekenen dat je wel zin hebt in dingen doen, dat je wel plezier kan voelen en/of dat je een goed gevoel hebt over je toekomst. Hoe graag je ook wil dat je precies weet hoe je deze goede dagen kan creëren en vasthouden; je hebt er niet zoveel grip op.


Er zijn gelukkig wel dingen die je kunt doen om het later makkelijker te maken voor mezelf. Hieronder volgt een lijstje met tips:


  1. Schrijf aan het einde van de dag iets op over je goede dag, zodat je dat kunt terug lezen op een minder goede dag. Vaak kun je op een minder goede dag namelijk niet goed geloven hoe fijn de goede dag was.
  2. Ga op tijd naar bed, zorg goed voor jezelf en neem genoeg rust. Ook al wil je op een fijne dag misschien juist doorstomen; genoeg rustpakken is belangrijk, omdat als je jouw energie opmaakt, je het later lastiger zult krijgen.
  3. Plan alvast een aantal (haalbare!) dingen die je de komende dagen wilt gaan doen. Zo heb je wat houvast, als je je later weer minder goed voelt.

De deur uitgaan


De deur uitgaan als je snel overprikkeld raakt of als je je somber, uitgeput of angstig voelt, is niet makkelijk. Elke dag in ieder geval even buitenkomen is een goed doel voor tijdens je herstel. Het zorgt voor structuur, dat je wat beweegt en de buitenlucht is goed voor je.


Hieronder volgen een aantal tips die kunnen helpen om de deur uit te gaan:



Tips 5

Omgaan met overprikkeling


Misschien raak je snel overprikkelt. Het kan bijvoorbeeld teveel zijn als iemand tegen je praat of je een vraagstelt. Of het kan teveel zijn om mensen voorbij te zien lopen of om geroezemoes te horen in een restaurant. Naarmate je verder over je grens heen gaat, hoe gevoeliger je voor prikkels wordt.


Het kan een uitdaging zijn om jouw grenzen te leren kennen en er goed naar te luisteren. Toch is dat belangrijk, want je hersenen hebben voldoende rust nodig om te kunnen herstellen. Als je goed voor jezelf zorgt, is het nodig je grenzen te bewaken.


Je hoeft je niet schuldig te voelen als je goed voor jezelf zorgt. Je mag nee zeggen, je mag je terugtrekken en je mag naar huis gaan. Luister goed naar je behoeftes. Stel ook niet te hoge eisen aan jezelf als je een afspraak met iemand hebt.


Misschien kon je vroeger uren lang iets doen, maar is nu een uurtje of half uurtje afspreken al genoeg.


Hieronder volgen een aantal tips om overprikkeling te voorkomen:



Tips 4

Als je afspreken moeilijk vindt


Buitenshuis met iemand afspreken kan soms veel stress geven en als teveel voelen. Maar afspreken is vaak wel goed voor je en kan je helpen om buiten de deur te komen. Hoe moeilijk het ook kan zijn, het is goed om wel (af en toe) af te spreken met anderen.


Een probleem dat veel mensen ervaren is dat ze het moeilijk vinden om aan te geven wanneer ze moe worden of overprikkelt zijn geraakt en het weer tijd wordt om naar huis te gaan. Toch is het goed om je grens aan te geven. Je kunt hiermee oefenen.


Op het moment dat je voelt dat het tijd wordt om de afspraak af te ronden, zou je kunnen zeggen: "Ik begin nu erg moe te worden en ik denk dat het goed is als ik zo weer naar huis ga." Als je het lastig vindt om je grens aan te geven, kan het helpen om vooraf aan te geven dat je maar voor een bepaalde tijd kunt afspreken.


Vergeet niet dat een afspraak niet super lang hoeft te duren. Als je elkaar kort ziet, dan is dat ook goed. Je bent niet verplicht om uren lang door te praten, als dat voor jou eigenlijk teveel is.


Je hoeft aan geen eisen te voldoen, behalve de eis dat je goed voor jezelf zorgt.


Als je je vooraf al niet goed voelt, kan het helpen om dat van te voren aan te geven. Je kunt vertellen hoe je je voelt, maar dat je de afspraak wel wilt laten als de ander dat ook goedvindt. Op deze manier zorg je ervoor dat die ander voorbereid is, en ook dat je je niet schuldig hoeft te voelen als je minder gezellig bent.



Tips 8